Met onder andere: waar komen de kosten voor softwarewijziging vandaan
Er zijn de laatste tijd veel berichten bij Bureau NPO binnengekomen aangaande de nieuwe software-eisen van de elektronische systemen. De meeste vragen waren over de reden van de nieuwe software en waarom dit geld moet kosten.
De NPO heeft, zoals vermeld in de nieuwsberichten, randvoorwaarden uitonderhandeld aangaande de prijsstelling van de software. Hierbij is een maximum van € 125,= per systeem als uiterst advies aangegeven. De redenen van de software update zijn te lezen in de publicatie van 09-12-2010. De NPO verwacht hiermee het volgende te bereiken:
- De software wordt gegarandeerd voor de komende 5 vliegseizoenen t.w. 2011-2015. Dat wil zeggen dat de fabrikanten in principe geen kosten in rekening brengen voor softwarewijzigingen zolang deze binnen de eisen als gesteld voor 2011 en daarvoor vallen.
- De NPO-zegels worden door de fabrikanten aangebracht op nader te bepalen locaties en data voor 1 maart 2011. De gegevens met betrekking tot de keuringen worden niet meer middels formulieren verwerkt maar in een databank geplaatst waar iedereen kan zien welke elektronische systemen zijn voorzien van een NPO-zegel.
Wat betreft de kostprijs van de software en het aanbrengen van de zegels: hierin is geen ruimte voor aanpassing van de prijsstelling. Hieronder proberen wij, in zijn algemeenheid, nog eens duidelijk te maken wat er ‘achter de prijsstelling schuil gaat’.
Zoals aangegeven zit in de prijs van de software, die door alle leverancier(s) is afgegeven, niet alleen de kosten van het ‘schrijven’, testen en verdelen van de software. Maar ook de service en garanties. Daarnaast wordt feitelijk ook betaald voor de mogelijkheid verder te innoveren (de voortgang van de systemen in zijn totaliteit). De leveranciers geven de NPO de garantie dat de komende 5 jaar de leden van de NPO een elektronisch systeem kunnen gebruiken dat:
- voldoet aan alle eisen van de NPO
- software heeft die zonder mankementen functioneert
- de liefhebbers service kunnen verwachten
De NPO heeft begrip voor deze stellingneming en wel om reden dat het belangrijk voor de NPO en de liefhebbers is dat een leverancier vooruitstrevend is en er voor zorgt dat ook in de verdere toekomst de mogelijkheden tot elektronisch constateren gewaarborgd blijven. Voortgang en evaluatie van een elektronisch systeem hebben nu eenmaal een prijskaartje. Helaas is het niet mogelijk om elektronisch te constateren zonder, met een bepaalde regelmaat, de software aan te passen (voortschrijdend inzicht levert mogelijkheden op die jaren daarvoor nooit de revue passeerden!). De software van elektronische systemen is onderhevig aan wijzigingen. Vaak zijn het verbeteringen in de software, maar ook moet software aangepast worden om systemen fraudebestendig te maken. Het bestuur NPO laat zich hierbij adviseren door de Commissie Elektronisch Constateren. De gemiddelde prijs van de update/aanpassing op dit moment ligt op ca. € 63,00 per liefhebber. Er is gebleken dat er prijsverschillen tussen de verschillende merken zijn. Hier kan de NPO niets aan veranderen.
Hieronder (ter verduidelijking een historisch overzicht en een (mogelijke) kijk op de toekomst:
Oktober 1996 : De algemene vergadering geeft groen licht voor het elektronisch constateren ingaande vanaf het vliegseizoen 1998.
Oktober 1996 tot maart 1998 : de liefhebbers kregen alle mogelijkheden om zich te informeren naar het systeem van hun keuze.
Maart 1998 : start van een nieuw tijdperk in de duivensport: elektronisch constateren oftewel: de eerste generatie elektronische systemen. De basis was gelegd met een zeer lage instap voor de verenigingen. De aankomstgegevens werden uitgeprint om handmatig in het rekenprogramma aan te brengen zodat een uitslag kon worden gemaakt.
Maart 1998 tot maart 2000 : De verschillen tussen de systemen worden door het intensieve gebruik kenbaar.
De grote verschillen zijn: gebruiksvriendelijkheid – kwaliteitsverschil in systeem en service – het ene merk berekent wijzigingskosten (software of hardware) terwijl andere systemen dit gratis verzorgen
Maart 2000 : start van de koppeling van de elektronische systemen aan het rekenprogramma zodat de werkzaamheden en de kosten drastisch omlaag gingen.
Periode 2000 – 2006:
- Diverse softwarewijzigingen toegepast door de verschillende leveranciers om o.a een betere comptabiliteit met de rekenprogramma’s te bewerkstelligen
- De systemen worden niet, zoals verwacht, goedkoper maar bevatten meer (softwarematige) mogelijkheden dan in de beginperiode.
- DE EERSTE NIEUWE ELECTRONISCHE SYSTEMEN WORDEN GOEDGEKEURD EN IN GEBRUIK GENOMEN DOOR DE LIEFHEBBERS.
Aan het einde van deze periode heeft ieder merk een nieuw model elektronisch systeem op de markt met als referentie:
DE TWEEDE GENERATIE ELEKTRONISCHE SYSTEMEN! met als kenmerkende boodschap dat het nieuwe systeem meer mogelijk- heden cq. ‘opslagruimte’ heeft als de ‘oude’ systemen.
Maart 2006: Nieuwe software eisen van de NPO voor de komende 5 jaar voor alle elektronische constateersystemen. De tijd had niet stil gestaan en de kennis van eventuele manipulatie- mogelijkheden hadden de huidige software ingehaald.Tevens was het wenselijk om bepaalde zaken betreffende de communicatie tussen de systemen en de rekensoftware te verbeteren.
De softwarewijziging werd met succes ingevoerd met dit verschil met voorafgaande jaren dat er nu meer leveranciers waren die een betaling wensten voor het wijzigen en verdelen van de nieuwe software
Maart 2006 – augustus 2010 : introductie van de nieuwe chipring die aan de vaste voetring werd ‘geklikt’. Verder een rustige periode aangaande elektronisch constateren tot het moment aanbrak dat bleek dat er gemanipuleerd werd met wedstrijd- resultaten nadat er was uitgeprint en de gegevens waren ‘vrijgegeven’ door het elektronische inkorfsysteem en dat er kopiechipringen op de markt verschenen. Door deze mogelijkheden kon een 100% veilige en eerlijke uitslag niet meer worden gegarandeerd.
Augustus 2010 : NPO maakt het nieuwe eisenpakket kenbaar aan de leveranciers van alle elektronische constateersystemen voor de komende 5 jaar die gelden vanaf het vliegseizoen 2011
De eerste vraag die bij velen opkwam was: kan elk merk elektronisch systeem voldoen aan deze eisen en zoniet mag dat merk dan nog worden gebruikt?
De NPO was duidelijk: een veilig en eerlijk concours staat voorop!
December 2010 : De eerste software wordt gekeurd en nu al blijkt dat het voor sommige systemen zeer moeilijk is om aan de nieuwe eisen te voldoen. Reden: hun systeem van ‘de eerste generatie’ heeft (bijna) geen uitbreidingsmogelijkheden meer. De conclusie is dat, nu en in de toekomst, ‘verouderde’ systemen niet meer de mogelijkheden hebben om dat te kunnen doen wat van de systemen geëist wordt.
December 2010 – medio 2015 :
Evaluatie door de NPO betreffende de softwarewijziging winterperiode 2010/2011.
- Indien er in 2015 nieuwe eisen komen aangaande de elektronische systemen opnieuw vooraf afspraken maken met de leveranciers betreffende de aankoopprijs van de software.
- Vaststellen welke systemen van de ‘eerste generatie’ niet meer kunnen worden gebruikt na 2015
Bestuur NPO
Bijgewerkt op 21 december 2010 om 21:33 uur